Opdrachtbestand

Een opdracht aan de LVBB bestaat uit een gecomprimeerd (zip) bestand dat tenminste twee XML bestanden bevat:

  • manifest.xml: Een XML bestand dat informatie bevat over de bestanden in het zip bestand

  • opdracht.xml: Een XML bestand met een beschrijving van de opdracht.

Daarnaast bevat het zip-bestand, afhankelijk van het type opdracht, extra bestanden. Welke bestanden dit zijn is beschreven in de interactie van de afzonderlijke services.

Manifest.xml

Content type

In het manifest staat voor elk bestand in het zip bestand, inclusief manifest.xml en opdracht.xml, aangegeven wat de naam is en wat voor type content (MIME type) in het bestand is opgeslagen. De toegestane waarden voor 'contentType' in manifest.xml zijn beschreven in het lvbb-transport-schema.

Het bronhouderkoppelvlak controleert tevens of de inhoud van een bestand overeenkomt met het gespecificeerde 'contentType' in manifest.xml. Dit i.v.m. beveiliging.

Naamgevingsconventie bestanden

Sommige bestanden bestaan fysiek gezien uit meerdere bestanden. Denk aan plaatjes die bij een besluit horen. Om de uniciteit van de bestandsnamen binnen het ZIP-bestand te garanderen wordt gebruik gemaakt van een naamgevingsconventie. De naam van een subbestand bestaat uit de volgende delen:

  • de naam van het hoofdbestand

  • gevolgd door een underscore

  • gevolgd door de naam van het subbestand.

Bijvoorbeeld "initieelbesluit_plaatje1.png". Let op dat de LVBB zelf geen betekenis toekent aan deze conventie; de technische beperkingen zijn vastgelegd bij element bestandsnaam. De conventie is alleen bedoeld om de uniciteit van bestanden te behouden. De betekenis van alle bestanden wordt via het manifest bepaald.

Bij de validatie wordt nagegaan dat alle genoemde bestanden aanwezig zijn, en dat voor het uitvoeren van de opdracht geen bestand nodig is dat niet in het manifest staat.

De structuur van het manifest.xml is vastgelegd in het lvbb-transport-schema

Opdracht.xml

In het opdracht XML-bestand staat een beschrijving van de opdracht. De feitelijke opdracht bevindt zich in een derde XML-bestand dat is opgesteld volgens de STOP-standaard. De precieze inhoud van het opdracht XML-bestand is afhankelijk van het type opdracht, en is beschreven in de interactie van de afzonderlijke services.